Op 5 maart 1933 kwam in de Moskouse woning van Elsa en Hermann Taubenberger een groep leden van de Duitse communistische partij (KPD) bij elkaar die elkaar nog uit de tijd van de Münchense radenrepubliek kenden. Toen in 1935 de grote zuivering van de communistische partijen, onder de bezielende leiding van Stalin, een aanvang nam, werd deze bijeenkomst aangemerkt als een vergadering van een `contrarevolutionaire, trotskistisch-terroristische organisatie’. Zeventig mensen werden opgepakt met behulp van het rechtsmiddel `contactschuld’ (dat heden ten dage in Duitsland ook nog steeds gebruikt wordt bij het vervolgen van verdachten van lidmaatschap van een terroristische organisatie), wat er op neer komt dat mensen beschuldigd kunnen worden van lidmaatschap als ze in contact hebben gestaan met iemand die daar ook van beschuldigd wordt. De in dit boek geschilderde reconstructie geeft een beklemmend beeld van de totale terreur, de angst en paranoïa die midden jaren dertig in stalinistisch Rusland heersten. Enkele van de hoofdpersonen uit dit drama zijn Zenzl Mühsam (de weduwe van de door de nazi’s in een concentratiekamp doodgemartelde anarchist Erich Mühsam), Erich Wollenberg, de Duitse `Robin Hood’ Max Hoelz, Werner Hirsch. Velen van hen belandden in een GULAG of werden vermoord.