De bundel Wat is een volk? stelt de vraag, waar hebben we het eigenlijk over wanneer we over ‘het volk’ spreken? De teksten van Alain Badiou, Pierre Bourdieu, Judith Butler, Georges Didi-Huberman, en Jacques Rancière gaan in op de betekenis en context van dit begrip. Badiou schetst in 24 ‘aantekeningen’ in welke uiteenlopende contexten het begrip volk wordt gebruikt. Bourdieu legt vanuit sociologisch oogpunt een relatie tussen ‘volk’ (peuple) en ‘populair’. Judith Butler gaat in op het spreken of demonstreren ‘in naam van het volk’ als vorm van revolutie in het hart van de democratische orde. Didi-Huberman vraagt zich af in hoeverre ‘het volk’ kan worden gerepresenteerd en in hoeverre het een imaginaire, ongrijpbare identiteit blijft. Rancière ten slotte, analyseert de verhouding tussen ‘volk’ en ‘populisme’. Wat de diverse teksten gemeen hebben is dat zij een simplificering van het begrip volk tegengaan en het stevig verankeren in emancipatoire ontwikkelingen.