Biografische schets van het bewogen leven van Margarete Buber-Neumann, slachtoffer van zowel het stalinistische regime in de Sovjet Unie van de jaren dertig als van het Duitse nazi-regime. Zij was al vanaf jonge leeftijd actief in de Duitse communistische beweging, nam deel aan de Beierse radenrepubliek (1919) en leerde in 1928 haar tweede man Heinz Neumann – een kopstuk uit de Duitse communistische partij (KPD) – kennen. In de jaren dertig kwamen Margarete en Heinz in conflict met de officiële partijlijn en werden uitgestoten. Na Hitlers machtsovername kwamen ze, na enige omzwervingen, in de Sovjet Unie terecht, waar ze al spoedig in het vizier van de geheime dienst kwamen. Zij vonden namelijk dat het nazi-regime met alle middelen bestreden diende te worden, terwijl de officiële partijpolitiek van de KPD – op instigatie van de Russische partij waar ze aan onderhorig was – aanstuurde op samenwerking met de nazi’s. Heinz werd gearresteerd en wegens spionage ter dood veroordeeld. Margarete werd eveneens opgepakt en naar Siberië gestuurd. Na het Hitler-Stalin pact van augustus 1939 werd zij uitgeleverd aan de nazi’s en zat tot het eind van de oorlog in het concentratiekamp Ravensbrück. Na de oorlog schreef ze diverse autobiografische boeken waarin ze de totalitaire ideologieën (van zowel de nazi’s als de bolsjewieken) hekelde en met elkaar vergeleek. In de jaren zeventig zou ze in rechts-conservatief vaarwater terecht komen en lid worden van het CDU. Ze stierf in 1989. Dit boek bevat behalve de biografische schets van Michaela Wunderle, diverse fragmenten van andere auteurs en van Margarete zelf, waarmee een fragmentarisch beeld van haar leven wordt geschilderd.